95 is hij.
En hij zat naast me
op een stoel in een ziekenhuis.
We kenden elkaar niet,
maar zodra hij ging zitten
begon hij het gesprek.
Hij was altijd boer geweest
in Zeeland en begon over
de hoeveelheid water die
was gevallen de afgelopen maanden.
De herfst was te nat, de winter
en nu ook het voorjaar.
Slecht voor de oogst zei hij.
Sommige boeren kunnen hun
hele oogst wel vergeten.
We kregen het over het boerenbedrijf
en dat als hij nu weer zou moeten
kiezen, dat hij dat niet meer zou doen.
Boeren worden slecht behandeld,
de mensen zouden eens moeten
weten wat ze allemaal doen en
hoe hard ze werken om het
voedsel te produceren dat we
dagelijks nodig hebben.
Als vanzelf kregen we het
over de tweede wereldoorlog.
En dat de boeren hun voedsel
bleven produceren en over
de hongersnood in Nederland.
Dat het voedsel er wel was maar
dat het hen niet lukte om het
in de gebieden te brengen waar
de honger was.
Geboren in 1929, toen
de oorlog begon was hij 11 en
toen het voor hem eindigde 15.
Ik hoor de emoties in zijn stem.
Het heeft een onuitwisbare indruk
op hem gemaakt.
31 oktober 1944 werden ze in
Zeeland bevrijd en hij is uitgenodigd
om het dit jaar in zijn geboortedorp
te vieren.
Als hij dan nog leeft,
zo vertelt hij mij,
dan gaat hij.
De mensen zouden moeten weten,
juist door die tijd, dat honger
zo gecreëerd is.
Zeker wanneer we de boeren
zo blijven aanpakken zoals we
het nu doen.
Mijn vriendin van 81 is klaar
met haar afspraak en daardoor
beëindigen we het gesprek.
Het enige dat ik nog zeg is:
Dag meneer….
Ik voel hoeveel indruk het op
me heeft gemaakt en weet dat
de hele wachtkamer heeft meegeluisterd.
Ja onze boeren zijn belangrijk
en ja ik vind ook dat we daar
veel meer waardering voor zouden
moeten hebben.
Dank u wel meneer.
Lichtflits